Israël: het Heilige Land, omringd door de Arabische wereld. Een land waarin oorlog, dreiging en spanning aan de orde van de dag zijn en waar een mensenleven afhangt van de snelheid van ambulances. In dit land woonde Joris Luyendijk jarenlang als correspondent voor het NRC Handelsblad. Gesprek met de journalist over Israël, de media en zijn geloof.
”De grootste angst die ik had in Israël was niet zozeer de oorlogsdreiging, maar het verkeer. Het verkeer is de grootste moordenaar in Israël, de kans dat je op weg naar een aanslag om het leven komt is vele malen groter dan bij die aanslag zelf. Als Israël een klein deel van het geld dat ze steekt in het bestrijden van terreur zou besteden aan het verbeteren van de wegen, ambulances en verlichting van wegen, dan zouden er heel wat minder doden vallen in het land.” ”Toch was er wel sprake van een constante dreiging. Het is puur menselijk dat je gericht bent op gevaar, dat je gevaar op wilt zoeken. Als er een uitgaansverbod is, loop jij als journalist bijvoorbeeld als enige door een vluchtelingenkamp, terwijl je weet dat er constant een Israëlische loop op je is gericht. Vastgehouden door een soldaat die zijn hele leven te horen heeft gekregen dat Europa niets van hem moet hebben en dat hij, als hij me neerschiet, toch wel gedekt wordt. Zoiets geeft een enorme spanning.”
”In zekere zin wel omdat je als journalist altijd in de buurt van de gevaarlijke plekken bent. Maar je bent geen doelwit, omdat Palestijnen er geen baat bij hebben journalisten om te leggen. Zij moeten het namelijk hebben van de sympathie in de westerse media. Alleen het feit dat wij er zijn en berichten wat hen overkomt, is hun troef. Ze hebben namelijk geen leger.”
“Dan zou Israël of de Arabische wereld misschien doen wat de Russen in Tsjetsjenië doen: gewoon iedereen vermoorden als er niemand kijkt. Bij conflicten waar niemand kijkt, vallen honderdduizendendoden, maar als er camera’s in de buurt zijn, ziet een leger van heel veel dingen af. De Palestijnen proberen Israël vaak te verlokken tot een ernstige daad. Dat ze zóiets verschrikkelijks doen dat er een golf van verontwaardiging komt. Wat de Palestijnen dan weer handig gebruiken om een tegenactie te kunnen rechtvaardigen.”
“Israël is heel sterk in het bespelen van de Amerikaanse publieke opinie en heeft er grip op wat er wel en niet besproken wordt in dat land. Toch moet je het mediabeleid van Hamas ook niet onderschatten. De terreuraanvallen waren altijd zo groot dat ze de voorpagina’s haalden, maar niet zo groot dat er honderden mensen vermoord werden. Hamas gaat voor ‘low intensity’ met het idee: ‘Je moet in het nieuws blijven met geweld, alleen niet teveel geweld, omdat we het Westen niet helemaal tegen ons moeten krijgen.” “De Palestijnen winnen denk ik ook op het gebied van aandacht, ze zijn al decennialang in de media en daardoor hebben veel dingen niet kunnen gebeuren.”
”Ik kan me hierin vinden als je ook het omgekeerde doet. Een legitiem coherent en logisch standpunt is dat je geen steun geeft aan partijen die de ander niet erkennen. Dat betekent dus ook dat alle financiële steun aan de staat Israël stilgezet moet worden. Israël erkent namelijk het recht op een soevereine Palestijnse staat met alle rechten die daarbij horen niet.”
“Dat is moeilijk te zeggen. Je hebt de onderdrukking van mensen omdat ze Palestijn zijn, maar binnen die groep Palestijnen zelf heb je ook enorme onderdrukking. Veel Palestijnen hebben bijvoorbeeld een Filippino-au pair, die ze vreselijk onderdrukken. Over het algemeen is het wel zo dat de situatie zoals die nu voor de Palestijnen in de bezette gebieden is, ontzettend moeilijk is. Ze hebben geen onderwijs, geen eten en ze kunnen nergens heen terwijl ze op tv de wereld zien veranderen. Deze mensen zitten opgesloten in hun eigen land en kunnen zich niet ontwikkelen. Heel veel Palestijnse ellende blijft ook buiten het zicht van de camera’s: mensen die ziek zijn, maar niet naar een ziekenhuis kunnen en kinderen die trauma’s hebben opgelopen. De Palestijnen lijden onder de bezetting,maar aan de andere kant moet je de impact van de oorlog op de Israëliërs ook niet onderschatten. Zij hebben niet te maken met bezetting, maar met terreur. Terreur moet je niet kleiner maken dan zij is, zeker voor een volk dat al eens helemaal is uitgeroeid. Door christenen trouwens, niet door moslims. Moslims hebben nooit gaskamers gebouwd. Dat is mijn favoriete oneliner.”
“Het eerste wat ik geleerd heb is dat je niet kunt weten of een oorlog nu politiek of religieus is. Zijn het nu religieuze conflicten die een politieke lading krijgen of politieke conflicten die worden geuit in religieuze woorden? Door de geschiedenis heen zie je heel veel oorlogen tussen en binnen religies, maar ik geloof dat als de tegenstellingen puur religieus zouden zijn, je nooit oorlogen binnen religies kan hebben.” “Religie en politiek zijn nuttige termen als een soort handvat, maar je moet niet denken dat je daar een definitief antwoord mee hebt. Wat voor de een religie is, is dat voor de ander niet. De oorlog in Israël is lange tijd puur politiek geweest, het religieuze segment is er pas veel later bijgekomen. Volgens mij zie je nu wel een sterke religieuzering van het conflict. Het aantal orthodoxe Joden in Israël neemt sterk toe doordat religieuze Joden veel meer kinderen krijgen dan seculiere Joden en veel seculiere Joden naar Amerika emigreren. Grappig is eigenlijk dat voor veel orthodoxe Joden het land helemaal niet zo belangrijk is. Er is zelfs een groep die zegt dat Israël eigenlijk nooit gesticht had moeten worden en er zijn ook veel orthodoxen die het niet veel uitmaakt wie regeert in het land.” ”Ik zou me een wereld voor kunnen stellen waarin de seculiere Joden uit Israël vertrekken omdat ze het niet meer trekken doordat ze gek worden van de orthodoxe Joden, en dat orthodoxe Jodenen orthodoxe moslims het vervolgens vrij makkelijk met elkaar uithouden. Die zijn namelijk voor 90% hetzelfde. Ze zien Jezus beide als een profeet en hun ideeën over homo’s en de positie van vrouwen liggen verrassend dicht bij elkaar.”
“Het verbaast mij dat er in de westerse wereld zo weinig kennis is van het Arabisch. Alles wordt veel te veel benaderd vanuit het Hollywood-systeem: jij bent de slechterik en dus moet je kapot gemaakt worden. Wij hebben het nooit over de anti-Arabische president Bush, maar wel over de anti-Amerikaanse president Assad. Daar zit asymmetrie in en het past naadloos in het straatje van Al-Qaida. Wat Al-Qaida doet is namelijk het idee planten dat de wereld is verdeeld in moslims en niet-moslims. Moslims kunnen nooit niet-moslims vertrouwen, dus zijn we gedoemd tot strijd. De aanslagen zorgen voor angst, waardoor de tegenstellingen alleen maar groter worden. Deze strategie kun je alleen tegengaan als je hem door hebt. En hoe kun je Al-Qaida ooit echt gaan begrijpen als je geen Ara bisch spreekt? Iedereen zit bijvoorbeeld met samengeknepen billen te wachten op de reactie van de Arabische wereld op de film van Wilders, maar we hebben helemaal niemand die het kan gaan volgen.”
“Ik ben niet gelovig, dus heb in die zin geen religieuze band met anderen en bovendien ook geen biologische banden met mensen in het Midden-Oosten. Ik ging neutraal naar Israël en vond het als antropoloog leuk om te zien hoe die mensen met elkaar omgingen. Ik was dan ook snel genezen van het idee dat een van de partijen gelijk heeft. Het conflict is vergelijkbaar met een flipperkast, waarin de ballen telkens heen en weer gaan. Ze botsen, maar het idee wie er begonnen is doet er niet toe. Je hebt een aantal spelers, ballen, die belangen hebben die voortdurend met elkaar botsen. Als journalist doe je niet anders dan de baan van die ballen beschrijven. Om het te simplificeren geven politici en journalisten een bepaalde partij gelijk. Maar heeft Olmert nu wel echt gelijk? Hij heeft een hoge positie binnen zijn eigen partij, waardoor hij een bepaalde speelruimte heeft. Die weet hij te benutten en groter te maken, maar dat probeert Hamas net zo goed. Als je de verschillende belangen en speelruimten naast elkaar zet, zie je dat er geen vrede uit kan komen. Abbas krijgt speelruimte als Olmert iets doet en Olmert krijgt meer speelruimte als Abbas iets doet. Allebei doen ze niets, dus gebeurt er ook niets. Naarmate je er meer van te weten komt en meer over de situatie weet, verdwijnt de vraag wie er gelijk heeft, wie de slechterik is. Als journalist moet je geen standpunt innemen, maar werken met hypotheses. Je moet je constant afvragen ‘het zou zo kunnen zijn, maar…’”
“Nee, die waarheid kun je nooit weten want het is maar één entiteit gegeven om de hele wereld te zien. Die noemen christenen God, die noemen anderen Allah. Daarom kunnen wij nooit claimen dat we de waarheid zien, want die kunnen we niet zien. Waarheid is voor een journalist veel meer een inventarisatie van wat je kunt weten.”
“Ik ben agnost en sluit het bestaan van een Opperwezen dus niet uit. Wie of wat dat is, laat ik open. Dat kun je als mens niet zeker weten.”
“Ik kan niet een gedachte opzijschuiven omdat ik hem onzeker vind. Ik heb daar niet zo’n last van. Ik geloof in een soort agnostisch humanisme, waarvan ik geloof dat een God die dat soort humanisme niet als basis ziet voor de omgang met mensen, mijn God niet kan zijn. Ik behandel mensen zoals ik zou willen dat ze mij zouden behandelen, omdat ik hen zie als iets unieks.” “Ik zie wel wat in het idee van de mystieke islam dat de wereld God is. Dat God in alles zit. Als ik de wereld slechter maak, maak ik daarom mezelf slechter omdat ík de wereld ben.” “Mijn uiteindelijke standpunt, mijn waarheid, is dat er geen kenbare waarheid is. Ik sta open voor het standpunt dat er een kenbare waarheid is, maar die wil ik dan wel bewezen zien worden.”
”Dat is natuurlijk de magie van het menselijke bewustzijn. De mens ziet zijn eigen standpunten altijd als de waarheid en dat is logisch, want anders zou je je standpunten aanpassen. Zo zijn wij geprogrammeerd, geprogrammeerd, ontworpen of geëvolueerd en daar moeten we het mee doen.”
“We moeten af van het idee dat er een oplossing is. Het is onzinnig om te denken dat de wereld eigenlijk in harmonie is en dat als er ergens een probleem is, daar ook een oplossing is. De wereld was nooit helemaal zonder problemen. Als je in oplossingen gaat denken, ga je ook in slechteriken denken. En dan kom je dus weer in dat ‘wie-heeft-er-gelijk-denken’. Het enige wat je hebt is een groot aantal ballen in een flipperkast. Soms verdwijnt er een bal, soms komt er eentje bij. Dan gaat de flipperkast iets anders staan. Concreet zie ik wel veranderingen. De Palestijnen winnen langzamerhand op het gebied van aandacht. Israël kan niet meer zomaar denken dat ze een westers land is, want in het Westen is de islam ook een grotere rol gaan spelen. Israël gaat daarom weer een nieuw hoofdstuk in. Het blijft fascinerend.”
Hester Bos en Jilke Tanis in SGP-Jongerenblad: In Contact (nr. 1-2008)
De provincie vindt dat de gemeentes op het eiland moeten fuseren. Lees de artikelen van deze website.
De SGP-fractie van Goedereede is voorstander van Duurzame energie op de Brouwersdam. Lees de artikelen van deze website.